HOME


Gastenboek
Om Ugchelse Kei de Kei 

Om de Kei nummer: 121. Uit De Bron van woensdag 7 april 1999. 36e jaargang nummer 7.

Vorige Index Volgende
GEZOND.
De vorige keer heb ik wat laatdunkend gedaan over verslaggevers, die "De Bron" niet lezen en zeker niet "Om de Kei". Tot mijn genoegen leest de heer Evert Kroon als stuksiesschriever in het Apeldoorns Stadsblad mijn kolommetje in ieder geval wel, getuige zijn verhaal over het "Wassenaar" van Apeldoorn. Maar ook in Wassenaar zullen wel mensen wonen, die met een klein pensioentje of alleen maar AOW in een huurwoning toch hun Onroerende Zaak Belasting moeten betalen. Die belasting dreigt erg verhoogd te worden door de prijsstijging van de omliggende huizen. Daar kan mijnheer Kroon ook niet omheen. Daar komt nog bij, dat Ugchelen een gezond klimaat schijnt te hebben, omdat de gemiddelde leeftijd hier hoger ligt dan elders. Er wonen in Ugchelen relatief veel ouderen. De oorzaak hiervan zou misschien wel een medische dissertatie waard zijn, maar ik houd het voorlopig op mijn jan boerenfluitjes conclusie, dat de grootste gezondheidsfactor de medische verzorging is. Hoewel men in Ugchelen wat loopt te stressen over de ruimtelijke indeling ervan, is er volgens mij nergens in Nederland sprake van de ontwikkeling van een "Gezondheidspark".
Verder is Ugchelen een gezond dorp met een stel goed werkende huisartsen, waarvan er één zelfs al 25 jaar in functie is. En lang niet ieder dorp heeft een dokter, die je rustig kruk mag noemen. Ik weet bijvoorbeeld, dat, als er mensen bij ons op (zieken-)bezoek komen, men raar opkijkt, wanneer de dokter als kruk wordt aangeduid.
Dat grapje over zijn naam is natuurlijk ook bekend bij dokter Crucq, want

als je de dokter tijdens zijn middagspreekuur aan de lijn krijgt, meldt hij zich altijd met: "Met Kruuk".
Voor mij heeft "Kruuk" echter nog een andere associatie; ik verbind namelijk "Kruuk" onmiddellijk met "De Kruuk" uit een Brabants stropersverhaal. Dat ging over een veldwachter, die altijd maar probeerde een stroper in de kraag te vatten. Tot het moment, dat hij dacht, zijn slag te kunnen slaan en hij op het moment suprême weer misgreep. Toen hij thuis kwam, hingen aan zijn voordeur twee hazen, met een briefje waarop stond: "Met den complementen van den kruuk".
Vroeger hoorde de dokter, en zeker in een dorp, bij de notabelen. De dokter, de dominee, de pastoor en de burgemeester waren de gevierde binken van een dorp. Wat hebben we daarvan in Ugchelen?
Een burgemeester hebben we nooit gehad, een pastoor is een pastor geworden en in Ugchelen hebben we zelfs twee (enthousiaste) dominees. De apotheek is allang geprivatiseerd en de dokter kijkt helemaal niet gek op, als je hem bij zijn voornaam noemt.
Het dorpse karakter is aan het verdwijnen; de tijden veranderen, de dokter kijkt je bij binnenkomst in de spreekkamer, zonder een witte jas aan te hebben, vol verwachting vanachter zijn computerscherm aan. Vijf en twintig jaar dorpsdokter in een gezond dorp is een hele tijd en dat besef je soms, als je een anekdotisch stukje gaat schrijven of wanneer je het gaat hebben over de gezondheidszorg in Ugchelen.
Dat kan als Ugchelenaar, als lopend patiënt en als:

"Uwe Kijker"
Deze tekst wordt elke veertien dagen met toestemming overgenomen uit het Ugchelense Kerk- en Nieuwsblad
"DE BRON".

Vorige Index Volgende

Copyright © 1996 -
Uwe Kijker / DE BRON / Gert Woutersen